Duurzame verlichting
In 2012 deed de Europese Unie de ‘energie-verkwistende’ gloeilamp in de ban.
Het verbod toont aan hoezeer de verhoudingen in Europa veranderd zijn. In federaal Amerika speelt dezelfde discussie. Als rechtvaardiging wordt aangevoerd dat alternatieven als spaarlamp en led-verlichting als lichtbron stukken efficiënter zijn. Gloeilampjes voor in de koelkast of kerstboom mogen nog wel.
Elektrisch licht begon met de gloeilamp, maar daar bleef het niet bij. In 1937 deden TL-buizen (tube luminescent) hun intrede op de wereldtentoonstelling in Parijs. Het witte licht komt van het fluorescerende poeder op de binnenkant van het glas. In vergelijking met de gloeilamp heeft de TL-buis een hogere lichtopbrengst en ligt de warmteproductie een stuk lager.
In 1980 introduceerde Philips op basis van nieuw ontwikkelde fosforpoeders een compacte variant op de TL-buis: de spaarlamp. Die geeft per watt drie à vier keer meer licht dan de gloeilamp en gaat tot tien keer langer mee.
Maar ook de duurzame spaarlamp heeft nadelen. Vanwege hun vulling met kwikdamp eindigen ze als klein chemisch afval. De levensduur valt vaak tegen omdat spaarlampen lijden onder veelvuldig in- en uitschakelen. Het betere alternatief voor de gloeilamp is dan ook de LED. Die gaat nog veel langer mee en is er in alle kleuren. LEDs passen helemaal in het Europese straatje van duurzaamheid, veilig milieu en energiebesparing.

How to cite this page
Dirk van Delft, 'Duurzame verlichting', Inventing Europe, http://www.inventingeurope.eu/story/saving-europe
Sources
- European Lamp Companies Federation, The European Lamp Industry's Strategy for Domestic Lighting: Frequently Asked Questions & Answers on Energy-EFficiënt Lamps. July 2, 2007. http://www.elcfed.org/documents/070702_ELC%20domestic%20lighting%20strategy%20FAQ.pdf